1. De notaris is verplicht bij een financiële onderneming die ingevolge de Wet
Toezicht Bank- en Kredietwezen 2011 (S.B. 2011, no. 155) in Suriname het
bedrijf van bank mag uitoefenen een of mecr bijzondere rekeningen aan te houden
op zijn naam met vermelding van zijn hoedanigheid, die uitsluitend bestemd zijn
voor gelden, die hij in verband met zijn werkzaamheden als zodanig onder zich
neemt. Gelden die aan de notaris in verband met zijn werkzaamheden als zodanig
ten behoeve van derden worden toevertrouwd, moeten op die rekening worden
gestort. De bovenbedoelde fínanciele onderneming voegt de over de gelden
gekweekte rente toe aan het saldo van de bijzondere rekening. Indien deze gelden
abusievelijk op een andere rekening van de notaris zijn gestort of indien ten
onrechte gelden op de bijzondere rekening zijn gestort, is de notaris verplicht
deze onverwijld op de juiste rekening te storten. Hetzelfde geldt indien de gelden
rechtstreeks in handen van de notaris zijn gesteld. Indien meer notarissen in een
maatschap samenwerken, kan de bijzondere rekening ten name van die notarissen
tezamen, de maatschap of vennootschap worden gesteld. In geval van
samenwerking met beoefenaren van een ander beroep moet uit de te naamstelling
van de bijzondere rekening blijken dat de notaris deze rekening houdt. De notaris
vermeldt het nummer van de bijzondere rekening op zijn briefpapier.
2. De notaris is bij uitsluiting bevoegd tot het beheer en de beschikking over de
bijzondere rekening. Hij kan aan een onder zijn verantwoordelijkheid werkzame
persoon volmacht verlenen. Ten laste van deze rekening mag hij slechts
betalingen doen in opdracht van een rechthebbende. Het vorderingsrecht
voortvloeiende uit de bijzondere rekening behoort toe aan de gezamenlijke
rechthebbenden. Het aandeel van iedere rechthebbende wordt berekend naar
evenredigheid van het bedrag dat te zijnen behoeve op de bijzondere rekening is
gestort. De notaris of, indien het een gezamenlijke rekening als bedoeld in lid 1,
zesde volzin betreft, iedere notaris, is verplicht een tekort in het saldo van de
bijzondere rekening terstond aan te vullen, en hij is ter zake daarvan
aansprakelijk, tenzij hij aannemelijk kan maken dat hem ter zake van het ontstaan
van het tekort geen verwijt treft.
3. Een rechthebbende heeft voor zover uit de aard van zijn recht niet anders
voortvlocit, te alien tijde recht op uitkering van zijn aandeel in het saldo van de
bijzondere rekening. Is het saldo van de bijzondere rekening nict tocreikend om
aan iederc rechthebbende het bedrag van zijn aandeel uit te keren, dan mag de
notaris aan de rechthebbende slechts zoveel uitkeren als in verband met de
rechten van de andere rechthebbenden mogelijk is. In dat geval wordt het saldo
onder de rechthebbenden verdeeld naar evenredigheid van ieders aandeel, met
dien verstande dat, indien een notaris zelfrechthebbende is, hcm slechts wordt
toegedeeld hetgeen overblijft, nadat de andere rechthebbenden het hun
toekomende hebben ontvangen.
4. Er kan geen derdenbeslag worden gelegd onder de in lid 1 bedoelde financiële
onderneming op het aandeel van een rechthebbende in de bijzondere rekening. Is
onder de notaris derdenbeslag gelegd op het aandeel van een rechthebbende in de
bijzondere rekening, dan kan de notaris zonder opdracht van de rechthebbende
overeenkomstig de verklaring of veroordeling betalen aan de executant.
5. Rechtshandelingen verricht in strijd met de bepalingen van dit artikel zijn
vernietigbaar. De vernietigingsgrond kan worden ingeroepen door iedere
rechtstreeks belanghebbende. Rechten, door derden te goeder trouw anders dan
om niet verkregen op gelden die het voorwerp waren van de vernietigde
rechtshandeling, worden geëerbiedigd.
6. Bij of krachtens staatsbesluit kunnen, de SNB gehoord, nadere regels worden
gesteld betreffende de bijzondere rekening en het beheer van de gelden, bedoeld
in lid 1. De Minister kan voorts, de SNB gehoord, regels vaststellen met
betrekking tot de wijze van berekening en uitkering van de rente van de op de
bijzondere rekening gestorte gelden.
7. De notaris verstrekt, in uitzondering op zijn geheimhoudingsplicht, bedoeld in
artikel 9 aan de inspecteur of de ontvanger, bedoeld in de belastingwetgeving,
indien deze dit, daartoe gemachtigd door de Minister van Financien, verzoekt uit
hoofde van de uitoefening van een bevoegdheid op grond van de
belastingwetgeving:
a. de namen, adressen en woonplaatsen van de personen dic betrokken zijn bij
betalingen naar of vanaf de bijzondere rekening in verband met een in het
verzock specifick aangeduide transactic of handeling waaraan de notaris zijn
medewerking heeft verleend, alsmede de omvang van die betalingen en de
nummers van de bankrekeningen waarvan door die personen gebruik is
gemaakt,
b. de aard van de transactie of handeling waarop een in het verzoek specifiek
aangeduide betaling naar of vanaf de bijzondere rekening betrekking heeft,
alsmede de namen, adressen en woonplaatsen van de personen die daarbij
betrokken zijn, de omvang van de betalingen en de nummers van de
bankrekeningen waarvan door die personen gebruik is gemaakt.
8. Bij het verstrekken van de hiervoor genoemde gegevens wordt hun onderling
verband door de notaris aangeduid.
9. De notaris verstrekt, in uitzondering op zijn geheimhoudingsplicht, bedoeld in
artikel 9, aan de opsporingsambtenaar, de vervolgingsambtenaar of de rechter-
commissaris, de gegevens met betrekking tot de bijzondere rekening die deze
vordert uit hoofde van de uitoefening van een bevoegdheid op grond van het
Wetboek van Strafvordering.
10. Van de bepalingen van dit artikel kan niet worden afgeweken.