De surséance werkt niet ten aanzien:
1°. van vorderingen, welke door pand of hypotheek op goed van de schuldenaar zijn gedekt of bevoorrecht zijn hetzij op zekere bepaalde goederen van de schuldenaar, hetzij op alle zijn roerende en onroerende goederen, voor zover niet vallende onder 2°.;
2°. van vorderingen wegens wettelijk verschuldigde kosten van onderhoud of van onderhoud en opvoeding; de kantonrechter zal ten aanzien van vóór de aanvang der surséance vervallen termijnen van zodanige vorderingen, welke niet bevoorrecht zijn, bedrag vaststellen, waarvoor de surséance werkt;
3°. van termijnen van huurkoop.
Voor zover vorderingen, welke door pand of hypotheek zijn gedekt of op zekere bepaalde goederen bevoorrecht zijn, op de verbonden zaak niet verhaald kunnen worden, werkt de surséance wel ten aanzien van deze vorderingen.