1. Door verval van instantie worden partijen van rechtswege hersteld in de toestand als ware het geding niet in deze instantie aanhangig geweest, onverminderd artikel 316 lid 2 van Boek 3 van het Burgerlijk Wetboek.
2. Wordt de vordering opnieuw ingesteld, dan kan wederom gebruik worden gemaakt van in de vervallen instantie gedane gerechtelijke erkentenissen en bijgebracht bewijs.