1. Het voorlopig geometrisch bestand met de daaraan ten grondslag liggende stukken, alsmede het in artikel 122 genoemde overzicht worden acht weken voor een iedere ter inzage gelegd op de plaatsen zoals bedoeld in artikel 118 lid 2 tweede en derde volzin.
2. De aangewezen medewerker maakt het ter inzage liggen bekend op de in artikel 119 leden 2 en 3 bepaalde wijze.